Abstract
In 1991 waren de Colombiaanse steden Bogota en Medellín de meest gewelddadige steden van de wereld. Dit had verschillende redenen waaronder de drugsoorlogen en de aanwezigheid van guerrillaorganisaties. Toen de burgemeesters Antonus Mockus, Enrique Penalosa en Sergio Fajardo aan de macht kwamen hebben ze een beleid van sociaal urbanisme toegepast
... read more
om deze steden te herstructureren met als doel meer veiligheid, minder geweld en minder sociale ongelijkheid te creëren. In 2012 zijn beiden steden meerdere keren door onder andere Citibank vernoemd tot meest innovatieve steden ter wereld.
Het doel van dit onderzoek is niet alleen om te achterhalen of de herstructurering van de burgemeesters ervoor gezorgd heeft dat de sociale ongelijkheid in de steden verminderd is, maar ook of het beleid van de burgemeesters hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van Bogota en Medellín als creatieve steden. De volgende onderzoeksvraag staat centraal: Heeft het beleid ten aanzien van infrastructuur en stedelijke planning sinds 1991 van de burgemeesters, Antonus Mockus, Enrique Penalosa en Sergio Fajardo in Bogota en Medellín, de sociale ongelijkheid in deze steden verminderd en de ontwikkeling van deze steden tot ‘creatieve steden’ bevorderd? Een creatieve stad is hierbij een stad die een ‘creatieve klasse’ van professionele, leidinggevende, technische en culturele arbeiders aantrekt.
Om een antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvraag heb ik zowel primaire bronnen van de burgemeesters zelf geraadpleegd over hun ideeën en beleid, als secundaire bronnen over de herstructurering van Bogota en Medellín. Uit de resultaten blijkt dat aan de verwachting wordt voldaan dat met de toepassing van het beleid van sociaal urbanisme de sociale ongelijkheid verminderd is en dat er met behulp van city branding van de steden is bijgedragen aan de ontwikkeling van Bogota en Medellín als creatieve steden. Een verrassende ontdekking is dat er ook kritiek is geleverd op de herstructurering van de burgemeesters. Er is gebleken dat inwoners van bepaalde sloppenwijken zich nog steeds achtergesteld voelen en stellen dat een deel van de infrastructurele implementaties volgens de inwoners een vorm van schijn is om een bepaald beeld van de stad neer te zetten, maar dat ze er in werkelijkheid niks aan hebben. Een aanbeveling voor vervolgonderzoek is dat er kan worden onderzocht wat de economische gevolgen van de herstructurering van Bogota en Medellín zijn en hoe de herstructurering de positie van de steden in de wereldeconomie heeft beïnvloed.
show less