De steun en affectie van moeders als mediatoren voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van matig prematuur geboren kinderen en à terme geboren kinderen

Abstract

Doel. Het doel van de huidige studie was om te onderzoeken of matig prematuur geboren kinderen verschillen van à terme geboren kinderen in hun sociaal-emotionele ontwikkeling op een leeftijd van 18 maanden en of deze relatie verklaard kon worden door de steun en affectie van moeders in de interactie met hun kind. Methode. De huidige studie maakte onderdeel uit van een longitudinale studie naar de ontwikkeling van Nederlandse matig prematuur geboren kinderen (STAP Project). De sociaal-emotionele ontwikkeling op een leeftijd van 18 maanden (gecorrigeerde leeftijd) is gemeten met de ASQ-SE vragenlijst bij 98 à terme geboren kinderen (M = 39.48 weken zwangerschapsduur, M = 17.54 maanden gecorrigeerde leeftijd, 43.9% jongens) en 113 matig prematuur geboren kinderen (M = 34.75 weken zwangerschapsduur, M = 17.53 maanden gecorrigeerde leeftijd, 56.6% jongens). De mate van steun en affectie door moeder op een leeftijd van 18 maanden (gecorrigeerde leeftijd) is gemeten met de CIB middels observaties van de moeder-kind interactie. Resultaten. Matig prematuur geboren kinderen scoren significant minder goed op de ASQ-SE dan à terme geboren kinderen. Uit mediatie-analyses is gebleken dat steun en affectie van de moeder geen mediërende werking hebben op dit verband. Conclusie. Matig prematuur geboren kinderen lopen achter in hun sociaal-emotionele ontwikkeling op 18 maanden in vergelijking met à terme geboren kinderen. Deze relatie wordt niet gemedieerd door steun en affectie. Daarom wordt aanbevolen om vervolgonderzoek te doen naar factoren die wel invloed hebben, zoals een controlerende houding, stress en het opleidingsniveau van de moeder.