Abstract
‘Hoe maak je een stukje centrum?’. Deze vraag stelt de gemeente Utrecht zichzelf bij de herinrichting van het Utrechtse stationsgebied. Een van de projecten die onder het stationsgebied vallen is het ‘Healthy Urban Boost’ project. Dit project richt zich op de ontwikkeling van het beurskwartier. Het beurskwartier is gesitueerd voor
... read more
de jaarbeurs, beslaat acht hectare grond en wordt een nieuw en aanvullend centrum op het bestaande historische centrum. Het beurskwartier moet een duurzaam gebied worden met een gezond karakter door onder andere de aanwezigheid van veel groen en het gebruik van natuurlijke hulpbronnen bij de herontwikkeling. Op dit moment heeft het gebied nog geen identiteit. Om het beurskwartier te laten aansluiten bij de Utrechtse omgeving wilt de gemeente parallel aan de gebiedsontwikkeling inzicht verkrijgen in andere lokale identiteiten. In dit onderzoek wordt kennis verschaft over de lokale identiteit van de Utrechtse binnenstad door interviews met jonge vestigers over hun percepties op fysieke, functionele en belevingskenmerken van de binnenstad. Jonge vestigers zijn in dit onderzoek relatief hoogopgeleiden die tussen de 25 en 35 jaar zijn en in of rondom de binnenstad wonen. Er zijn twee redenen waarom er voor deze onderzoeksgroep is gekozen. Ten eerste kunnen jonge vestigers worden geschaard onder een creatieve klasse die hoogopgeleid en mobiel is en een voorkeur heeft voor kwalitatief hoogwaardige stedelijke functies. Deze groep krijgt steeds meer aandacht in stedelijk beleid doordat zij regionale economieën een boost geven met hun consumptieve levensstijl enerzijds en de bedrijvigheid die zij aantrekken anderzijds. Steden hebben er daardoor belangen bij om deze groep mensen aan zich te binden. Ten tweede blijkt een aanzienlijk aandeel van de jonge vestigers na zeven jaar nog steeds in Utrecht te wonen. Blijkbaar heeft Utrecht een bepaalde aantrekkingskracht op deze groep. Nader onderzoek kan inzicht verschaffen in de onderliggende redenen hiervoor. Jonge vestigers in Utrecht blijken zich ondanks hun mobiele karakter verbonden te voelen met de binnenstad. De fysieke identiteit komt tot uiting in oriëntatiepunten zoals de historische straten, arbeiderswoningen en klassieke panden, de Dom, de grachten en de velen pleinen waar bewoners elkaar ontmoeten. De kleine schaal van de binnenstad zorgt voor een overzichtelijke ruimte waar voorzieningen op loopafstand zijn. Daarnaast zorgt de kleinschalige binnenstad voor dorpsgevoelens onder bewoners doordat er veel sociale interacties plaatsvinden. De binnenstad wordt getypeerd als kneuterig, lief, geborgen en veilig. De behoefte aan specifieke stedelijke functies komt naar voren wanneer jonge vestigers het studentikoze karakter van de stad benoemen en hun wens voor restaurants met een hogere prijsklasse, uitgaansgelegenheden voor 25-plussers en een museum met allure uitspreken. De visie van jonge vestigers, die de alledaagse stad representeren wordt geconfronteerd met de visie van planners en beleidsmakers. Merendeel van de bewoners blijken geen behoefte te hebben aan toeristen en iconische hoogbouw. De binnenstad is een museum an sich waar bewoners zich thuis voelen doordat de stad zélf aantrekkelijk is. Er blijkt een discrepantie te zijn tussen de visie van professionals die Utrecht op de kaart willen zetten door lef te tonen met de bouw van iconen en bewoners die hierin de negatieve gevolgen zien voor het alledaagse leven. Kennelijk kan Utrecht lef tonen door vooral dicht bij zichzelf te blijven, volgens jonge vestigers.
show less