Abstract
Woord vooraf.
Het opnemen van onderzoeksvaardigheden in de kerndoelen BAVO en in examenprogramma’s voor (onder andere) de bètavakken schept op scholen de behoefte aan een doorlopende en samenhangende leerlijn ‘onderzoek doen’ voor de vakken, welke start in de brugklas en doorloopt tot het profiel- of sectorwerkstuk in de examenklas. Het onderzoek
... read more
dat hier gerapporteerd wordt heeft zich gericht op de beschrijving van zo’n leerlijn, onder andere vanuit docentperspectief, in de leerjaren 1, 2 en 3 en de beleving ervan door leerlingen. Het is het resultaat van een aanvraag, die bij het programma Kortlopend Onderwijsonderzoek van de KPC werd ingediend en die werd toegekend voor het jaar 2003 (ontwikkellijn authentiek leren). De aanvragers waren de KSG de Breul te Zeist en Het Koningin Wilhelmina College te Culemborg. Op deze scholen is in de bovenbouw succesvol samengewerkt tussen de bèta-secties rond het onderwerp ‘leerlingen doen onderzoek’. Daardoor kwam de vraag op hoe ze ook in de onderbouw tot samenhangend onderwijs zouden kunnen komen. Ze zijn beide in het project Leerlijn Onderzoek doen de Bètavakken in de Onderbouw (LOBO) gestapt, waarin het Centrum voor Didactiek van Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Universiteit Utrecht de secties begeleidde. Dat project was gericht op het leren door het team van bètadocenten hoe een onderzoekende houding bij onderbouwleerlingen te stimuleren. Al werkende ontstond ook de behoefte de reeds bestaande (aanzetten tot een) leerlijn in de verschillende vakken te beschrijven en bij de leerlingen te vragen of zij al een zekere leerlijn en samenhang in het ‘onderzoek doen’ ervaren. Dat zijn de onderwerpen die in het hier gerapporteerde onderzoek bestudeerd zijn. Het onderzoek is uitgevoerd in de periode van april 2003 t/m april 2004. We danken de twee aanvragende scholen en de betrokken docenten voor hun medewerking. In het bijzonder danken we de coördinatoren van het LOBO-project op het KWC (drs. F. Teeuw) en op De Breul (mevr. M. van de Zanden) voor hun inspanningen om de nodige gegevens op hun scholen verzamelen. Daarnaast zijn we veel dank verschuldigd aan de universitaire medewerkers: - mevr. drs J.E. Frederik (Technische Universiteit Delft) - mevr. drs M. Abels (Freudenthal Instituut, Universiteit Utrecht) - mevr. drs A. Jambroes (oud-docent RSG Broklede) - de heer drs H.G.B. Broekman (CD-bèta, Universiteit Utrecht) voor het mogen putten uit gegevens die zij in het kader van het LOBO-project op de scholen hadden verzameld en voor hun deskundig commentaar op
voorversies van dit rapport. Ook Ir. O. Kool danken we voor zijn commentaar op de bijna-eindversie van dit rapport.
Dit is een Ico-Isor rapport
show less